Webshop » Stripboeken beginnen met R » Roodbaard serie » Roodbaard deel 21 Zwendel in Ebbenhout

Roodbaard deel 21 Zwendel in Ebbenhout

Roodbaard deel 21 Zwendel in Ebbenhout



Facebook
Twitter

€ 4,50

Beschikbaar - Voorraad: 1

De Zwarte Valk koerst op een ochtend in de golf van Guinée voor de kust van Afrika. En dat is maar goed ook want er is aan boord dringend behoefte aan water en vers proviand. Tijdens de overtocht vanuit het Caribische gebied heeft het behoorlijk tegengezeten. Afwisselend tegenwind en totale windstilte. Roodbaard moppert dat het eigenlijk gekkenwerk was om het vertrouwde gebied te verlaten, maar Erik wijst er op dat de kaapvaart voor Frankrijk in dit gebied veel meer oplevert. Hier loopt de route naar Indië die door de Engelse konvooien gevolgd wordt. Maar dat is van later zorg. Eerst vers voedsel en water. Er zijn al een aantal gevallen van scheurbuik aan boord van de Zwarte Valk door gebrek aan vers voedsel. Niet veel later legt het schip aan in een inham, maar wat niemand van de bemanning weet is dat ze vanaf de kust gadegeslagen worden. Samen met een groep matrozen gaat Erik in de sloep naar het vasteland. Hij laat een matroos als wacht achter en verdwijnt met de rest in het oerwoud. Vanaf de Zwarte Valk peinst Baba dat hij beter mee had kunnen gaan. Als kleine jongen werd hij samen met zijn zus uit de regio ontvoerd, dus spreekt hij de taal van de locale stammen. Maar daar is het nu te laat voor. Erik en zijn mannen dringen verder de jungle in maar worden plots aangevallen. Op het moment dat de mannen in het woud worden aangevallen, vliegt er een speer over het strand die de wacht dodelijk treft. Maar in een reflex haalt de matroos nog wel de trekker over, het schot wordt gehoord aan boord van de Zwarte Valk. Natuurlijk beseft Roodbaard meteen wat er aan de hand is. Erik en zijn mannen worden aangevallen. Overleg op de Zwarte Valk uit de strip Roodbaard, tekening van PellerinHet duurt inderdaad niet lang voordat Erik en zijn mannen zijn overmeesterd. De eerste angst is dat het kannibalen zijn, maar die angst lijkt ongegrond. Wel worden de zeelui als gevangenen meegevoerd door de krijgers van de onbekende stam. Ze worden geleid tot ze voor de leider van de stam staan, een man die Mokoteke wordt genoemd. En er is een blanke man bij de stam, een Portugees met de naam Lourenco Garcilaó. Wat direct opvalt, is dat de handen en voeten van de Portugees geamputeerd zijn. Hij blijkt de enige overlevende te zijn van een andere groep zeelui. Hij vertelt Erik waarom de stam hen als vijanden ziet. In het verleden zijn Engelse slavenhandelaren aan land geweest die vele jongens en meisjes van de stam geroofd hebben. En nu ziet Mokoteke iedere blanke als een vijand. Het leidt geen twijfel dat ze zullen sterven. Maar gelukkig bevindt zich aan boord van de Zwarte Valk altijd nog Baba. Met een laatste restje van het Griekse vuur sluipt hij aan land en doet Mokoteke en de krijgers geloven dat hij goddelijke krachten heeft. Nu wil Mokoteke wel onderhandelen. Erik, Baba en een van de krijgers van de stam, Ogooué, die tevens neef van Mokoteke is zullen naar het schip terugkeren. Erik moet de geroofde kinderen terug gaan halen. Deze kunnen dan geruild worden tegen de matrozen die in het kamp moeten blijven. Eigenlijk vindt Erik het maar niets maar hij ziet in dat hij geen keuze heeft. Eenmaal terug aan boord van de Zwarte Valk licht hij zijn vader in. Omdat de geroofde kinderen al over plantages verdeeld zullen zijn kunnen ze de kinderen niet met geweld bevrijden. Ze zullen de slaven moeten kopen. Maar waarmee? Er is nog maar weinig goud over. Maar daar heeft Roodbaard wel een oplossing voor. De Spaanse vloot koerst immers via de Canarische eilanden. En die schepen zijn beladen met goud!