Wipneus en Pim gaan op reis
€ 5,00
Koning Goedhart krijgt een brief van kabouter Pierewiet. Pierewiet is een oude kabouter die ver weg in het bos woont. Hij vraagt of prins Wipneus misschien bij hem mag komen logeren. En hij mag ook een vriendeje meenemen. Daar hebben Wipneus en Pim wel oren naar. En zo gaan ze op pad op de konijntjes Witstaartje en Zwartstaartje. Maar 's avonds wordt het slecht weer en in het donkere bos zoeken ze een slaapplaats. Ze vinden een huisje met wel erg merkwaardige bewoners: twee betoverde prinsen. Reus Rollebom heeft met toverzalf over hun neuzen gewreven en daarom zullen ze na 100 dagen sterven. En er zijn nog maar vijf dagen over! Alleen als ze opnieuw met de toverzalf ingesmeerd worden, zal de betovering verbroeken worden. Wipneus en Pim beloven dat ze dat klusje wel even zullen klaren. Ze gaan op weg, maar helaas krijgt Witstaartje een ongeluk. Gelukkig komen ze Opa Melk tegen. Bij hem kunnen ze slapen, maar niet nadat ze eerst de muizen in de schuur hebben verjaagd. Als ze daarmee bezig zijn, vinden ze het toverfluitje dat Opa Melk al heel lang kwijt was. Wat was Opa blij, want het is een fluitje waarmee je je onzichtbaar kunt maken. Maar Opa Melk heeft nog iets bedacht: ze kunnen verder reizen met zijn hond Hector. En het toverfluitje krijgen ze ook mee. En zo gaan ze weer op zoek naar reus Rollebom. Onderweg vallen ze in een diepe kuil. Wat een schrik, maar daar ontmoeten de aardmannetjes en hun koning Zilverkroon. Deze aardmannetjes zijn nog kleiner dan Wipneus en Pim. Maar ze moeten verder, naar de reus. Van één van de aardmannetjes krijgen ze een stukje toverworst. Nou, dat komt goed van pas, als ze grote krokodillen tegenkomen die het land van de reus bewaken. Ze komen bij het kasteel van de reus. Het lukt Wipneus en Pim met hulp van het toverfluitje om de pot met toverzalf te pakken te krijgen. En de reus krijgt ook nog een koekje van eigen deeg, want het lukt Wipneus om de neus van de reus met toverzalf in te smeren. En zo komt alles goed: er blijken in het kasteel van de reus aardmannetjes gevangen te zitten. Die worden natuurlijk bevrijd en met de betoverde prinsjes komt het ook allemaal in orde. En eindelijk kunnen Wipneus en Pim dan naar kabouter Pierwiet toe, want daar was het immers allemaal om begonnen.